De CVP wordt tijdens het locatiebezoek aangesproken door Jasper. Hij heeft een vervelende situatie meegemaakt en vraagt of de CVP hem hierbij kan helpen.
Jasper is door een medewerker hardhandig vastgepakt toen hij naar buiten wilde lopen om een sigaret te roken. De medewerker verbood Jasper naar buiten te gaan omdat Jasper eerst de vaatwasser moest leegruimen. Jasper wordt hierop erg boos waarna hij naar zijn kamer wordt gestuurd ‘om af te koelen’.
Jasper vindt dat hij onheus is bejegend door de medewerker.
Wat kan de CVP doen? Valt dit onder de Wzd?
De wetgever gaat uit van een brede definitie van zorg namelijk; behandeling, begeleiding, somatische zorg, ondersteuning en ook bejegening. Voor een cliënt in de Wzd kan dus al deze zorg onvrijwillige zorg zijn. De CVP kan de client in deze kwestie ondersteunen.
In deze casus zijn meerdere onderdelen waarop de CVP Jasper kan ondersteunen;
- Bij de onheuse bejegening die Jasper heeft ervaren
- Bij de straf om naar zijn kamer te moeten gaan
- Bij het al dan niet zelf bepalen wanneer een sigaret op te steken
- Het uitruimen van de vaatwasser.
Wat kan de CVP doen als een vorm van bejegening te maken heeft met mishandeling van een cliënt?
Een CVP heeft op grond van de Wzd een geheimhoudingsplicht. Als er zaken spelen rondom een vermoeden van mishandeling mag een CVP niet op eigen houtje hiervan melding gaan maken. Een CVP is geen zorgverlener die te maken heeft met de meldcode kindermishandeling. Echter, er kunnen wel kwesties spelen waarbij het lastig is om de informatie bij je te houden als CVP. Belangrijk is dat, vergelijkbaar met de meldcode kindermishandeling, een CVP niet zomaar informatie mag gaan delen. Hij moet daarover altijd eerst in gesprek gaan met de client zelf. Mocht de client niet willen dat de informatie naar buiten wordt gebracht dan moet de CVP dat respecteren. Een CVP mag alleen informatie gaan delen als hij daarmee ernstig nadeel voor de client kan voorkomen (als de situaties regelmatig terugkeert of de kans groot is dat het nog een keer gaat gebeuren) en er geen andere manier is om het dilemma op te lossen. In dat geval moet hij wel aan de client vertellen dat hij toch de informatie gaat delen.