Vraag:
De CVP Wzd wordt benaderd door een cliënt die in een woonvorm voor mensen met een verstandelijke beperking woont. Het is de laatste 2 maanden inmiddels 3 keer gebeurd dat de cliënt door twee begeleiders naar zijn kamer werd gebracht, omdat hij zich misdroeg in de huiskamer. De cliënt vond dat een heel vervelende ervaring en wil graag dat daar betere afspraken over worden gemaakt. Maar zijn begeleider noemt het een incident en zegt dat hij ervan uitgaat dat het niet meer zal gebeuren. De cliënt vraagt de CVP Wzd of dat eigenlijk zomaar mag.
Antwoord:
De Wzd regelt dat in onvoorziene situaties waarin onvrijwillige zorg nodig is, onvrijwillige zorg mag worden gegeven. Daarbij hoeft niet vooraf het stappenplan gevolgd te worden. Wel heeft de zorgverantwoordelijke de verantwoordelijkheid om de voorwaarden te bewaken die de Wzd daarbij stelt, zoals dat er sprake moet zijn van ernstig nadeel, de onvrijwillige zorg dat nadeel kan voorkomen of afwenden en er is geen minder ingrijpende maatregelen voor handen zijn. Waar mogelijk vooraf, maar anders achteraf, dient de zorgverantwoordelijke te overleggen met de Wzd-functionaris en de onvrijwillige zorg moet in het zorgplan van de cliënt gemeld worden.
Nu deze onvrijwillige zorg al een aantal keren nodig bleek, is het niet meer een onvoorziene situatie en dient de zorgverantwoordelijke een werkwijze ter voorkoming van het ernstig nadeel, op te nemen in het zorgplan van de cliënt. Dat zou een vorm van onvrijwillige zorg kunnen worden maar eerst moet er samen met de cliënt gekeken worden naar de situatie en moet er gezocht worden naar een oplossing waar de cliënt mee instemt. Als deze niet gevonden wordt kan onvrijwillige zorg noodzakelijk zijn. In dit hele proces heeft de cliënt recht op ondersteuning door de CVP Wzd.