Niet op vakantie als vorm van onvrijwillige zorg 

Vraag:

Jantine belt de CVP Wzd omdat ze graag op vakantie wil met de groep, maar niet mee mag van haar moeder. Jantine is een vrouw van 38 jaar, ze woont in een woonvorm voor mensen met een verstandelijke beperking. 

In het gesprek dat volgt, vertelt Jantine dat haar moeder haar verbiedt om mee te gaan met de vakantie van de groep. En dat begeleiders zeggen dat haar moeder daarover beslist omdat haar moeder ook haar vertegenwoordiger is. 

Jantine durft haar moeder niet tegen te spreken. Maar ze wil heel graag mee op vakantie. Haar begeleider heeft haar geadviseerd om de CVP Wzd te bellen. Hij zegt dat dit onvrijwillige zorg is dus dat de CVP Wzd haar kan helpen.  

Antwoord:

De CVP Wzd is er om de cliënt (of diens vertegenwoordiger) te ondersteunen daar waar gesproken wordt over onvrijwillige zorg. De vraag is of er hier sprake is van onvrijwillige zorg. Onvrijwillige zorg is zorg van zorgverleners die nodig is om ernstig nadeel te voorkomen. Daar is in deze situatie geen sprake van.  

Dit lijkt dan ook meer te gaan over onenigheid is tussen de cliënt en de vertegenwoordiger en onduidelijkheid over wie er beslist over de vakantie. En de CVP Wzd is er niet om lastige gesprekken met de vertegenwoordiger namens de begeleider te voeren. Maar de CVP Wzd kan wel constateren dat de ondersteuning van Jantine in deze situatie onvoldoende lijkt en hier een signaal over afgeven aan de organisatie.  

De beslissing om met de groep mee op vakantie te gaan, ligt als eerste bij de cliënt zelf. Ook als ze een (wettelijk) vertegenwoordiger heeft, beslist Jantine zelf over haar vakantie, zolang ze die keuze goed overziet, met andere woorden: zolang ze wilsbekwaam ter zake is. En Jantine heeft recht op ondersteuning bij het nemen van die beslissing en bij het gesprek daarover met haar moeder. Verder is het de taak van de begeleider om de vertegenwoordiger te informeren over diens taak en verantwoordelijkheid in deze. 

Het lijkt erop dat de begeleider onvoldoende op de hoogte is van de rechten van de cliënt in een situatie als deze en van de eigen taken ten opzichte van de cliënt en de vertegenwoordiger. Hun beslissing om het besluit van de vertegenwoordiger te respecteren, schendt het recht op zeggenschap van de cliënt  

De CVP Wzd heeft dan de taak om begeleiders te wijzen op deze rechtenschending.  

Meer over cliëntvertegenwoordiging in de Handreiking Goede cliëntvertegenwoordiger (https://www.raadopmaat.org/goede-clientvertegenwoordiging/homebericht )  

Plaats een reactie